Column: Is internet nog wel te betalen voor de armsten?

De kosten voor ieders levensonderhoud gaan van maand op maand omhoog. Er is een groep die zich moet afvragen of ze hun internetrekening nog kunnen betalen. Kun je het voorstellen, geen internet?

Wie zelf zijn boodschappen doet, ziet het met lede ogen gebeuren. Melk, eieren, brood, vlees, frisdrank. Alles is duurder geworden en het einde lijkt nog niet in zicht. Die paar euro’s op zich maken niet uit. Het is de optelsom van die paar euro’s en het feit dat het kraantje steeds iets verder open gaat. 

In de klaagzang over stijgende kosten hoor je veel, maar over de kosten van internet hoor je niemand. Het is eigenlijk zoiets als water en elektriciteit. Het is er altijd. Je denkt er niet over na totdat je het niet meer kunt betalen. Een beetje zoals de gasrekening afgelopen winter. 

Laten we de feiten even op een rijtje zetten. Een gezin dat rond de armoedegrens leeft, heeft vijftienhonderd à tweeduizend euro inkomen. Een abonnement op vast internet (met tv) kost 50 à 75 euro, mobiel internet tussen de - zeg - 20 en 35 euro. Omgerekend gaat zo tien procent van het inkomen van honderdduizenden huishoudens direct naar de internetprovider.  

Dit is dus een serieus onderwerp. Internet is geen nutsvoorziening. Er zijn in Nederland meer dan een miljoen arme mensen. 

In Engeland is dit thema wat zichtbaarder. Daar zegde namelijk een miljoen huishoudens in 2022 hun abonnement op voor breedbandinternet. Een miljoen. De kostenpost drukte te zwaar op hun budget. Dat blijkt uit een onderzoek van Citizens Advice, een informatiedienst van de Engelse overheid. Zelfs al krijgt een deel van deze groep korting op zijn abonnement dan nog kunnen ze zich geen internet veroorloven.
Hoe deze cijfers in Nederland liggen, weet ik niet. Bij de Consumentenbond noch bij de ACM lees ik er iets over en de kwartaalcijfers van de telco’s zijn te abstract om iets uit te kunnen herleiden. In de toelichting op die cijfers is het in elk geval geen onderwerp. 

Ik wil hier geen zielig dramaverhaal van maken, want zo lang je een nieuwe iPhone 14 Pro kunt kopen en op zomervakantie kunt naar Vlieland (vanwege de prijzen ook wel ‘Vliebiza’ genoemd) of ‘gewoon Spanje’ heb ik geen medelijden.